
Ben je prestatiegericht of is het een vorm van bewijsdrang?
Als je prestatiegericht bent houd je van aanpakken en ben je gericht op het bereiken van een hoge prestatie. Je neemt namelijk niet genoegen met een lage of zelfs gemiddelde prestatie. Je herkent je waarschijnlijk ook in het volgende:
- Je houdt van snelheid en opschieten en doorpakken
- Je neemt initiatief en handelt proactief
- Je haalt voldoening uit het bereiken van de prestatie
- Je vertoont een hoge mate van inzet
- Je doel is om hoge kwaliteit van werk te leveren
De valkuil van prestatiegericht
Prestatiegericht zijn is een mooie eigenschap. Echter ook hier geldt weer net als voor iedere andere kernkwaliteit, dat je hier te ver in kunt gaan. Je merkt dit doordat:
- Je niet meer kunt genieten van hetgeen je doet (en dus de weg er naar toe), omdat het alleen maar gaat om het bereiken van de prestatie
- Je jezelf een hoge druk oplegt
- Je snel ongeduldig wordt
- Je moeilijk kunt omgaan met als het even tegenzit
- Je stress krijgt als de gewenste prestatie niet wordt bereikt
De tegenpool van prestatiegericht
Om te voorkomen dat je doorslaat in iets waar je goed in bent, heb je altijd je tegenpool nodig. Dat wil zeggen het tegengestelde van je kernkwaliteit. Dus als prestatiegericht een kernkwaliteit van je is, is het belangrijk om af en toe ook eens bewust dingen op z’n beloop te laten en te denken ik zie wel waar het schip strand.
Prestatiegericht vanuit bewijsdrang
Maar misschien ben je niet van nature prestatiegericht, maar heb je dit ontwikkeld vanuit een bepaalde bewijsdrang. In dit geval compenseer je je gebrek aan zelfwaardering door erkenning en waardering te halen uit het leveren van (hoge) prestaties. Waardoor je een manier hebt gevonden om jezelf te bewijzen dat je iets goed kunt. Hoe meer je presteert, hoe beter je je voelt…
Er is geen goed of fout. Het is ook niet ongezond als je jezelf wilt bewijzen. Zie hieronder wat dit je bijvoorbeeld allemaal oplevert:
- Je geeft 100% in alles wat je doet
- Je levert goede en vaak zelfs uitstekende kwaliteit van werk
- Je hebt een enorme inzet
- Je bent bereid om een stap harder te lopen
- Je laat je door tegenslagen niet uit het veld slaan
Daardoor ben je ook zo goed geworden in wat je doet en krijg je waarschijnlijk ook vaak de waardering die je zo graag wilt. Er zijn voorbeelden genoeg van topsporters die topprestaties leveren niet alleen vanwege hun enorme doorzettingsvermogen, maar ook door bewijsdrang.
De ongezonde vorm van bewijsdrang
Alleen is er ook een ongezonde vorm van bewijsdrang waar je voor moet oppassen. Dat is als wat je ook doet het nooit genoeg is of niet goed genoeg is. Je denkt steeds dat het nog beter kan en bent daarom nooit écht tevreden met je prestaties. Je hebt daarom ook voortdurend kritiek op jezelf. Je legt de lat steeds weer net iets hoger, waardoor je continue op je tenen moet lopen en steeds het gevoel hebt dat je faalt.
In tegenstelling tot de gezonde vorm van bewijsdrang voel je je dan niet beter naarmate je presteert, maar bereik je nooit een goed of tevreden gevoel over jezelf.
Je ziet op een gegeven moment geen licht meer aan het einde van de tunnel en bent alleen maar bezig met ‘overleven’. Deze vorm van bewijsdrang is niet gezond en doodvermoeiend.
Hoe herken je deze ongezonde vorm van bewijsdrang?
Je herkent dit aan het volgende:
- Je gaat maar door en door
- Ook al ben je moe en uitgeput: stoppen is nooit een optie!
- Je hebt geen tijd om te relaxen (of je voelt je dan schuldig omdat je dan niets zinvols doet)
- Je bent zeer kritisch op jezelf en op je prestaties
- Je bent boos op jezelf als je iets niet goed (genoeg) doet
- Je geeft jezelf nooit complimenten en complimenten van een ander hoor je niet
Deze manier van werken (en leven) vreet energie en houd je niet vol. Als je jezelf hierin herkent is het de vraag of je een einde wilt maken aan deze ongezonde manier van jezelf bewijzen. Want je hebt altijd een keuze. Denk maar eens aan een keuze die je ooit hebt gemaakt. Dat kan 5, 10 of misschien wel 15 jaar geleden zijn. Als je destijds een andere keuze had gemaakt, had je nu een totaal ander leven gehad. Een beter of een slechter leven, maar in ieder geval een heel ander leven.
Natuurlijk kan het op dit moment voelen als een enorme stap om bijvoorbeeld alleen al met iemand hierover te praten. Misschien denk je wel ik heb al zo weinig tijd en energie en dan moet ik hier ook nog iets mee. Het is heel normaal als je dit denkt. Het voelt namelijk als weer iets erbij. Weet dat niets doen ook een keuze is. De keuze is aan jou.
